Dit artikel gaat over de verschillen tussen een presentatie- en een projectiescherm. We zullen het eerst hebben over de genoemde typen schermen. We sluiten dit artikel af met een vergelijking daartussen.
Presentatiescherm
Dit type presentatiescherm zullen we ook wel een monitor noemen. Het is vergelijkbaar met een flatscreen-tv. Echter het heeft geen kabeltv-aansluiting. In plaats daarvan heeft het andere typen digitale, zoals HDMI, DVI en DisplayPort, en soms ook nog analoge aansluitingen, zoals VGA. Via een dergelijk aansluiting ontvangt het scherm het signaal dat op het scherm zal worden getoond. Het bevat daarom elektronica die de signaalbewerking doet, opdat de beelden op het scherm verschijnen. Er zijn aanraakschermen voor het interactief omgaan ermee. Een monitor is een solide apparaat in de zin dat het niet opvouw- of oprolbaar is. Zo’n scherm is relatief kwetsbaar. Het wordt gevoed vanuit het lichtnet van 230 volt.
Projectiescherm
Dit type scherm zal hier ook oprolscherm worden genoemd. Het kan in combinatie met diverse type projectoren worden gebruikt, zoals film-, dia- en overheadprojector, en beamers. Een projector projecteert met lichtstralen beelden op een oprolscherm. Normaliter is het een scherm dat op- en afgerold wordt, vandaar de naam. Zo’n scherm bevat geen elektronica. Het is een passief apparaat. Als het scherm een motortje voor het op- en afrollen ervan heeft, dan is daarvoor stroom vanuit het lichtnet nodig, maar anders niet.
Verschillen tussen een projectie- en presentatiescherm
Enige kenmerkende verschillen tussen de genoemde typen schermen zijn:
- een monitor heeft ingangen voor het aansluiten van diverse kabels die de video- en geluidssignalen overbrengen. Een oprolscherm heeft die aansluitingen niet. Het is passief apparaat dat lichtsignalen weerkaatst, die door een project worden uitgezonden.
- een oprolscherm is nooit een aanraakscherm, terwijl een monitor dat wel kan zijn.
- een oprolscherm is, zoals de naam zegt, oprolbaar. Bij een monitor is dat (nog) niet mogelijk
- een monitor wordt aangesloten op het lichtnet. Bij een oprolscherm is dat alleen nodig als het een elektromotor heeft ingebouwd
- als met een oprolscherm een beamer wordt gebruikt, dan heeft laatstgenoemde aansluitingen zoals een monitor die heeft. Een beamer kan interactief zijn. Je krijgt dan een vergelijkbare functionaliteit als met een aanraakscherm. Maar de intelligentie zit in de beamer